Interview Mirre de Noo

04 jul 2022

Chirurg, investeerder, commissaris én moeder.

Een dokter-duizendpoot dus. Hoe doet deze topvrouw dat allemaal? En hoe is deze chirurg terecht gekomen in het bedrijfsleven?

 

Je vertelde dat je vandaag een Reggeborgh-dag had, wat houdt dat in?

‘Bij deze private investeringsmaatschappij ben ik eindverantwoordelijk voor de medische ‘portfolio’. Tevens adviseer ik de aandeelhouders bij de significante donaties die Reggeborgh doet aan medisch wetenschappelijk onderzoek. Ik heb zelf ervaren dat wanneer je medisch specialist bent, het ziekenhuis je hele wereld is. Misschien denk je wel na over eerste of ‘anderhalve lijns’ zorg, maar je bent helemaal geworteld in die tweede lijn – tussen de muren van het ziekenhuis. Voor mij ging er echt een wereld open toen ik zag dat er zoveel te doen is in de zorg, juist buiten de muren van het ziekenhuis. In het bedrijfsleven gebeurt natuurlijk enorm veel om de zorg vooruit te brengen. Voor Reggeborgh ben ik onder andere bezig met waar de zorg naartoe gaat en hoe wij daarin kunnen investeren en ook een bijdrage aan kunnen leveren.’

In wat voor projecten of bedrijven investeren jullie?

‘We doen zowel directe investeringen als fondsinvesteringen. Je kunt dan bijvoorbeeld denken aan zelfstandige behandelklinieken die gezondheidschecks uitvoeren. Voor dit soort projecten ben ik vooral bezig om de medisch inhoudelijke kwaliteit te verhogen en erop toe te zien dat er ‘evidence based’ gehandeld wordt. Aan de andere kant kijken we goed naar welke innovaties er zijn in het bedrijfsleven gelieerd aan de zorg, dus bijvoorbeeld in E-health, farmaceutisch, of gericht op een specifieke ziekte. Als chirurg-oncoloog, een ‘superspecialist’, ben ik heel erg gewend om ‘smal’ te denken. Als je investeert in de zorg, kijk je op een hele andere manier. Dan wil je je risico zoveel mogelijk spreiden door in te zetten op verschillende ontwikkelingen die je ziet in een bepaald vakgebied.’

Waarin zie jij dan de toekomst van de zorg?

‘De zorg zoals wij die nu kennen, ingericht vanuit de dokter en het ziekenhuis: dat gaat veranderen’, zegt ze direct enthousiast. ‘Je ziet dat de regie op eigen gezondheid toeneemt in de maatschappij, en daardoor zal het meer een ‘consumer market’ worden.’ Een kritische noot volgt: ‘Als dokters zijn we heel erg opgeleid met een toch wel ietwat paternalistisch gedachtegoed: wij hebben de kennis en hebben die lange studie gedaan. Ik denk dat mensen dat niet meer zo ervaren en willen, dus met die bril probeer ik naar de zorg van de toekomst te kijken. Wat zijn ontwikkelingen waarbij je uiteraard wel de kwaliteit van de zorg behoudt, maar waarbij mensen wel meer regie krijgen over hun eigen gezondheid?’

“Ik was nooit een overtuigd feminist, maar gaandeweg zag ik dat naarmate je hogerop komt als vrouw, dat je steeds minder vrouwen om je heen ziet. Dat vind ik bijzonder.”

 

Hoe heb besloten dat je iets anders wilde doen dan fulltime in de tweedelijns zorg werken?

‘De beslissing om de klassieke ziekenhuiscarrière los te laten? Dat was uiteraard wel een lastig besluit, want mijn besluit was natuurlijk afhankelijk van meerdere factoren. Dit werd in een stroomversnelling gebracht omdat ik een heel mooi project mocht doen als clinical lead van de Europese accreditatie van het borstkankercentrum in Deventer. Dit was een groot, succesvol project van twee jaar. Zo’n project gaat niet vanzelf en er moesten veel veranderingen teweeg worden gebracht. Toen dacht ik: ‘Hé, dat tactische en strategische ligt me heel erg!’ Tegelijkertijd werd ze niet volledig gelukkig van de klassieke ziekenhuiscarrière. ‘Dus ik heb besloten om de maatschap te verlaten, terwijl ik nog niets anders had. Dat was best wel even spannend.’

‘Eigenlijk heel snel daarna kwam deze kans om in het bedrijfsleven te werken op mijn pad via mijn netwerk, en ben ik gaan werken voor Xpert Clinics’, een zelfstandige behandelkliniek met expertise in meerdere ziektebeelden. Ze vervolgt: ‘Dat doe ik met heel veel plezier, want ik vind chirurgie een prachtig vak en ik wil de patiëntenzorg nog helemaal niet missen!’ Bijkomend voordeel: werk in een zelfstandige behandelkliniek is gemakkelijker te combineren met een externe rol. ‘In de huidige ziekenhuiscultuur kan dat eigenlijk niet. Dus voor mij is dit de perfecte combinatie.’

Hoe heb jij dan de skills verkregen om de overstap te kunnen maken?

‘Ik heb meerdere modules aan Harvard Business School gevolgd.’ De rest leerde ze ‘on the job’ vertelt ze. ‘Ik had het geluk dat ik het vertrouwen kreeg van de aandeelhouders en de CEO. Een MBA volgen om als dokter de bedrijfswereld in te kunnen, is niet per se nodig’, meent Mirre. ‘Ik heb bij Reggeborgh geleerd dat het zeker niet alleen om de diploma’s draait, maar juist om andere skills gaat. Wij dokters worden opgeleid met veel logica en kennis. We proberen alles te beredeneren, maar de oude Grieken zeiden al: ‘Het draait om logos, pathos en ethos’. Om alle drie! Hedendaagse dokters zijn helemaal teruggegaan naar de logica: iets is waar of niet waar. Terwijl hier in ons vak ook nog veel nuances tussen horen. En veel belangrijker, zowel in de zorg als het bedrijfsleven: gelijk hebben is toch iets heel anders dan gelijk krijgen.’

“Voor mij ging er echt een wereld open toen ik zag dat er zoveel te doen is in de zorg, juist buiten de muren van het ziekenhuis.”

 

Je nam de sprong in het diepe om je baan op te zeggen, zelfs uit de maatschap te gaan. Hoe werd daarop gereageerd?

‘Laten we heel eerlijk zijn; de meeste mensen dachten dat ik gek geworden was. Dus ik denk dat het wel in je karakter moet zitten om een beetje moedig te zijn. Je weet niet wat er komt als je in het diepe springt. Aan de andere kant geloof ik dat eigenlijk iedereen dat zou kunnen, als je maar zelf weet wat je belangrijk vindt, en wat je drijfveren en waarden zijn. Als dokter ontlenen we een heel groot deel van onze identiteit aan onze witte jas, en als chirurg natuurlijk ook. Als dat wegvalt, moet je weer bedenken wie je bent als persoon. Het is een soort reis, om te ontdekken dat je de vaardigheden die je hebt geleerd tijdens je opleiding overal kan inzetten.’

Het viel ons op dat jij je hebt aangesloten bij initiatief ‘SER topvrouwen’. Waarom heb je je daarbij aangesloten en wat wil je nog bereiken?

‘Ik werd ervoor benaderd’, vertelt ze. ‘Ik was nooit een overtuigd feminist, maar gaandeweg zag ik dat naarmate je hogerop komt als vrouw, dat je steeds minder vrouwen om je heen ziet. Dat vind ik bijzonder.’

‘Er zijn inderdaad heel veel studenten geneeskunde, veel vrouwelijke coassistenten en ook genoeg vrouwelijke chirurgen in opleiding. Toch is het merendeel van de werkloze chirurgen vrouw. Dat zette me aan het denken. En daarom denk ik dat het belangrijk is en blijft om aandacht voor diversiteit en inclusie te hebben en te genereren, juist aan de top van de zorg en het bedrijfsleven.’

Heb je zelf eigenlijk een rolmodel?

‘Geen specifiek rolmodel… Ik heb wel meerdere mensen die mij inspireren. Ik lees ook heel graag biografieën; ik heb er net een gekregen van Margaret Thatcher, waar ik enorm om moest lachen.’ Mirre vertelt in twee fasen van haar leven met een coach gepraat te hebben: ‘Ook toen ik het ziekenhuis verliet. Ik vond dat heel erg zinvol. Het is enorm waardevol als iemand je de juiste vragen stelt. Tegenwoordig heb ik een aantal sparring partners in het bedrijfsleven, van wie ik op een hele andere manier kijken naar vraagstukken, dan ik tijdens mijn medische opleiding heb geleerd.’

Hoe relax jij?

‘Ik doe graag leuke dingen met mijn gezin, ik ben intensief gaan trainen met een personal trainen er ik lees elke avond voordat ik naar bed ga, van alles wat dus.’ Ze vertelt geabonneerd te zijn op het Financieel Dagblad. In het weekend vallen Medisch Contact en het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde ook thuis op de mat. ‘In die zin ben ik wel een grootgebruiker aan informatie.’

Ben je nog weleens in rustig vaarwater?

Ze lacht. ‘Niet echt, maar ik heb heel veel energie. Dat vind ik ook altijd het leuke aan chirurgen, dat zijn vaak multigetalenteerde mensen met veel energie. Dat zit in je of niet.’ Zelf kan ze niet goed lang stilzitten. ‘Als ik stilzit pak ik vaak een boek of kijk ik een film of een Netflix serie.’

Heb je nog dromen voor de toekomst?

‘Nee,’ zegt ze. ‘In die zin dat het op een gegeven moment een droom was om chirurg te worden. En toen werd het een droom om een maatschapsplek te krijgen. En toen werd het een droom om een strategische rol in het bedrijfsleven te krijgen. Tot nu toe is dat gelukkig steeds gelukt.’ Tegenwoordig staat ze anders in het leven. ‘Ik heb de laatste jaren juist geleerd, dat ik ook heel erg kan genieten van niet per se een doel hebben. Ik heb geen als-ik-later-groot-ben doel meer in mijn hoofd. Ik wil graag een leuke carrière opbouwen met enige mate van financiële onafhankelijkheid, maar ook met autonomie. Voor de rest is succes voor mij ook dat je je kan omringen met de mensen van wie je houdt en dat je ook genoeg tijd en aandacht voor hen kan hebben.’

“The secret of change is to focus all your energy not on fighting the old, but on building the new.”

 

Wat moet er volgens jou veranderen in de zorg?

Als eerste noemt ze het leiderschap. ‘De ‘governance’ in de zorg is vaak niet ‘clean’, zoals we dat in het bedrijfsleven wel zien. Dat leidt in mijn ogen tot meer bureaucratie en onduidelijke besluitvorming.’ Mirre vindt ook de bekostiging van de zorg problematisch: ziekte als verdienmodel. ‘Controleafspraken zijn nu een financiële prikkel voor ziekenhuizen en klinieken’, vertelt ze. ‘En waar ik ook echt in geloof is de ‘service-profit-chain’, dat is een bedrijfskundig model dat uitgaat van de tevredenheid van de medewerker. Als je een tevreden medewerker hebt, heb je tevreden klanten.’ En zo praten we verder over een cultuurverandering in de zorg. ‘Ik vind het heel leuk dat De Jonge Dokter een beweging maakt van de dingen waar ik ook voor sta, zoals een cultuurverandering in de zorg. Jullie brengen iets in beweging. Ik denk dat die beweging in mijn eigen opleidingstijd nog niet was. Soms kon je het wel zeggen, maar beter een beetje zachtjes’, lacht ze. ‘De werk-privébalans is voor jongere generaties toch heel anders dan die voor de oude opleiders was.’ Wanneer we gaan afsluiten zegt ze: ‘Ik heb nog een leuke quote voor boven jullie bureau, van Socrates: ‘The secret of change is to focus all your energy not on fighting the old, but on building the new’. Hierover zijn we het roerend eens!

 

 

 

Door Martine van der Linde en Emilie Breekveldt